Fietsen in Friesland - “van Moddergat tot
Muggenbeet”
Vanuit de prachtig gelegen woonboerderij van het Vrienden op
de Fiets gastverblijf van Hans van der Hoog en Marjanne van Smaalen (Utein 26
te Oudega) heb ik een tiental bijzonder mooie fietstochten ondernomen.
De verzorging en de hartelijke ontvangst in het gastverblijf
was fantastisch. Ik ben heel gastvrij onthaald en zeer goed verzorgd. Een
aanrader!!
Inhoud
- Inleiding - de Friese landschappen
- Dag 1: Gaasterland; restanten van de IJstijden
- Dag 2: Nationaal park Alde Feanen (oude Venen)
- Dag 3: Westergo; Franeker, Slachtedijk en Oudebildtdijk
- Dag 4: Nationaal Park Lauwersmeer
- Dag 5: Nationaal Park het Drents-Friese Wold
- Dag 6: een rondje om Dokkum met stadswandeling
- Dag 7: rondje Wolvega; langs de veenriviertjes de Linde en de Tjonger
- Dag 8: rondje Drachten - Beesterzwaag
- Dag 9: Friese Wouden
- Dag 10: Nationaal Park Wieden en Werribben
Inleiding - de Friese landschappen
 |
Friese landschappen - bron Wikipedia |
Friesland heeft een aantal kenmerkende landschappen, die
zijn ontstaan door mens en natuur. Zo zijn Het Bildt (de scheiding tussen
Oostergo en Westergo), Marne en de Nieuwlanden ontstaan na verlanding en indammen
van de Boorne, een voormalige zeearm. Net als het Lauwersmeer. Het Lage Midden
en de Veenpolders zijn ontstaan door veenafgravingen. De Noordelijke Wouden en
de Zuidoosthoek zijn als onderdeel van het Drents-Fries plateau wat hoger gelegen
en dus relatief droger. Gaasterland is het restant van een voormalige zijmorene
van een gletsjer uit de IJstijd. In het Waddengebied zijn nog steeds actieve processen gaande
van landvorming en afbraak door getijdewerking en wind.
Dag 1: Gaasterland; restanten van de IJstijden
Het landschap in dit
gebied is glooiend; een restje stuwwal uit een van de laatste IJstijden. Het
keileem in de ondergrond is verwant aan Wieringen en Urk, en ook aan de Hoge
Berg op Texel, de Hondsrug in Drenthe, de Utrechtse Heuvelrug, en de Veluwe. Naast
het mooie dorpje Oudemirdum trof ik een uitkijktoren uit de "Koude Oorlog" aan van de Luchtmacht,
gebouwd kort na de Tweede Wereldoorlog. En uiteraard een monument van de Vrijheidsstrijd
uit de Friese historie (slag bij Warns 1345) met het opschrift “leaver dea as
slaef“; (liever dood dan slaaf).
 |
rondje Gaasterland |
 |
leaver dea as slaef |
 |
uitkijktoren Luchtmacht |
Dag 2: Nationaal Park
Alde Feanen (Oude Venen)
In dit mooie
natuurgebied wordt de veencultuur zoveel mogelijk in stand gehouden en bevorderd
door diverse projecten om het water schoon en voedselarm (laag nitraat en fosfaat) te houden. Een
prachtig vogelreservaat met veel ooievaars en verrassende kris-kras
fietspaadjes met veerpontjes verscholen in het riet.
 |
kris-kras door de Alde Feanen |
 |
terug van weggeweest |
 |
ooievaar op wiel |
Dag 3: Westergo; Franeker,
Slachtedijk en Oudebildtdijk
Fietsend over deze
historische dijkjes is in het landschap de strijd tegen het water nog goed te
zien, vooral aan het inpolderings- en verkavelingspatroon van het boerenland. Buitendijks het
nieuw veroverde land met kleine dijkhuisjes van de arbeiders; binnendijks grote
“Staten” van rijke boeren. De Oudebildtdijk sluit de Middelzee af; een
voormalige zeearm tussen Westergo en Oostergo, ontstaan vanuit de rivier
Boorne, waaraan vroeger de zeehaven van Leeuwarden gelegen was. Het gebied is
vernoemd naar het opgeslibde (opgebilde) land. De Slachtedijk is een slaperdijk
die vroeger bescherming bood tegen de Zuiderzee.
Uiteraard heb ik ook
een bezoekje gebracht aan het Planetarium van Eise Eisinga.
 |
Westergo |
 |
Planetarium Franeker |
 |
fietsbrug bij Wommels |
Dag 4: Nationaal Park
Lauwersmeer
Op deze voormalige
zeebodem van deze zeearm ontstond na afsluiting in 1969 een prachtig nieuw
landschap. Langzamerhand spoelt het zout uit de bodem en verandert de vegetatie
van zoutminnend- naar vegetatie van een zoetwatermilieu.
In de omgeving zijn
veel waterwerken te bewonderen, zoals keersluizen en afwateringssluizen die men
vroeger bij eb openzette, en afsluitbare deuren in dijken (ter bescherming van het achterland bij extreem hoog water). En het
visserijmuseum “Fiskershúske” in Moddergat bezocht!
 |
rondje Lauwersmeer |
 |
dijkdoorgang..... |
 |
met afsluitbare deuren!! |
Dag 5: Nationale Park
het Drents-Friese wold
Fietsend in de bossen bij
Appelscha op het Drents-Fries plateau ervaar je Friesland weer heel anders. Dennenbomen,
zandverstuivingen, dobben en plaatselijk hoogveen.
Laagveen is gebonden
aan de lokale grondwaterstand en vormt onder
water. Hoogveen ontstaat doordat de veenmos vegetatie het regenwater vasthoudt
zodat de lokale waterspiegel boven
de grondwaterspiegel uitstijgt en er soms metersdikke veenkussens ontstaan.
 |
Drents-Friese Wold |
 |
veenmeer |
 |
hoogveen met Veenpluis |
Dag 6: Een rondje om
Dokkum met stadswandeling
Prachtig landschap en
mooie fietspaadjes in dit weidse poldergebied. Veel terpen en dobben (kleine,
vaak ronde meertjes als restant van de IJstijden). Ook de wandeling over de
bolwerken en bastions (vijfhoekige uitbouwen van de vestingwallen) van Dokkum
was indrukwekkend. Misschien de volgende keer een kanotocht door de nog intacte
singel rondom het oude centrum.
 |
fietsen rondom Dokkum |
 |
dobbe |
 |
vanaf de 4 meter hoge terp van Wetsens |
 |
over de bolwerken en bastions van Dokkum |
Dag 7: Rondje om
Wolvega; langs de veenriviertjes de Linde en de Tjonger
Dit
gebied is heel besloten en intiem; heel anders dan de weidse uitzichten elders
in Friesland. Veel verborgen fietspaadjes door brede houtwallen in dit
coulissenlandschap. En dan plotseling vanuit de knusse houtwal weer “de weide
wereld in”.
 |
langs de veenriviertjes bij Wolvega |
 |
linde |
 |
Tjonger |
Dag 8: Rondje
Drachten – Beetsterzwaag
In Drachten heb ik
eerst de twee mooie fietsersbruggen opgezocht en beklommen; de “Slinger” en de
“Ring”. Prachtige constructies! Daarna door de bossen van Beetsterzwaag
gefietst en enkele landhuizen in dit mooie dorp bewonderd. En via de Oude Venen
weer terug!
 |
rondom Drachten |
 |
de Ring |
 |
de Slinger |
Dag 9: Friese Wouden
Dit gebied tussen
Dokkum in het noorden en Drachten in het zuiden is een uitloper van het Drents-Fries
plateau. Veel plaatsnamen eindigen op “Wâld” als getuigenis van vroegere
bossen. De ondergrond in dit gebied is meer zanderig en minder zware (zee)klei,
waardoor meer akkerbouw en bos mogelijk is, terwijl op de iets lager gelegen veengronden
het grasland en weidegebied vooral voor het vee gebruikt worden.
 |
tussen Dokkum en Drachten; de "Friese Wouden" |
 |
dorpsgezicht van Eastermar |
 |
veenweidengebied |
Dag 10: Nationaal
Park Wieden en Weerribben
De Wieden (van weids
uitzicht) en de Weerribben (van weren; uitgebaggerde veensloten en ribben; strookjes
land waarop het veen gedroogd werd) zijn thans verenigd in één prachtig open
veenlandschap in de kop van Overijssel, vlak onder Wolvega. Veen ontstaat als
planten in moerassen sneller groeien dan dat ze worden afgebroken. Lokaal komt
ook “trilveen” voor; dikke drijvende matten met een levende kruidlaag op een
ondergrond van plantenresten.
Het plaatsje
Muggenbeet verwijst niet naar de
talloze insecten die in dit waterige veengebied voorkomen, maar naar
verbastering van de Oudsaksische naam “mücken beecke” (kleine beek)!
 |
Wieden en Weerribben |
 |
veenweiden |
 |
veenriviertje |
Ik heb genoten van Friesland en zal er zeker terugkeren.
Eerst nog enkele andere provincies van ons prachtige Nederland met een bezoek
vereren!
Mijn eerdere reactie op dit avontuur is blijkbaar niet meer boven water gekomen; aanloopprobleempje van je blog allicht - welke inmiddels voor nieuwe reacties opgelost blijkt te zijn. Dus hierbij nogmaals een reactie.
BeantwoordenVerwijderenJe hebt een mooie uiteenzetting gemaakt van veel diverse landschappen en regio's die Friesland te bieden heeft, leuk om te lezen en te zien. Wat ik wel mis, maar wat begrijpelijkerwijs een project op zichzelf is, is het bezoeken van de Waddeneilanden. Elk eiland heeft zo zijn eigen karakter, zijn eigen uitstraling en er zijn ook in de regelgeving verschillen op de eilanden, te denken aan het toestaan van gemotoriseerd verkeer bijvoorbeeld. Gelukkig kun jij al fietsend denk ik op alle eilanden goed uit de voeten. Je kunt van eiland naar eiland hoppen of heen en terug via het Fryske vasteland waar je vanuit Harlingen en Holwerd (route Stiens) de nabijgelegen eilanden kunt bereiken. Uiteraard kun je ook wadlopen maar dat is niet raadzaam met de fiets (niet als berijder en niet om hem lopend mee te dragen) dus zoiets hooguit als een soort zij-excursie allicht.
Misschien is een dergelijke route interessant om te doen wanneer je de volgende keer Friesland aandoet voor een meerdaags verblijf.